De boeken van Juf Fiep zijn ontzettend leuk! En vooral grappig. De groep 3 met Kas (meestal de redder in nood), de serieuze Eef die altijd maar wil werken in plaats van wat leuks doen, Tom, Rik en Saar beleven in ieder deel weer iets heel geks!
Hoe is het toch mogelijk? Juf zit op het dak, in de boom, zakt door het ijs, kan niet stoppen met haar kart, wordt achtervolgd door een beer of wordt bijna opgegeten door een haai! Hoe spannend is dat? Of de bom in de klas?
Er zijn al 15 deeltjes en in iedere schoolbieb staan er wel een paar. Ga op zoek naar de superleuke deeltjes van Juf Fiep!
Kees is een lieve jongen met een cavia. Hij gaat op zoek naar Septimia, een meisje met gouden krullen dat hij tegenkwam in een weiland. Septimia blijkt een stoere meid met een crossmotor. Kees mag mee naar haar huis, ze woont op een boerderij! Kees kijkt zijn ogen uit, dit is wel heel anders dan bij hem thuis. Septimia trekt Kees mee in allerlei avonturen op de boerderij. Kees naar de koeien is een toegankelijk boek waarin je een inkijkje krijgt in het leven op de boerderij. Een fijn verhaal over vriendschap en het gezinsleven op de boerderij en dat allemaal op een heerlijke zomerse dag.
Vanaf ca. 8 jaar
Lessuggesties
Het boek sluit goed aan het thema Boerderij of Beroepen en je kunt met de kinderen bespreken hoe een werkdag op de boerderij eruit ziet.
Er staan veel feitjes in over koeien; wist je dat een koe vier magen heeft? Waar zijn oormerken voor? Waarom en hoe wordt de melk getest? Zoek er meer over op en houdt er een spreekbeurt over!
Voordat er oormerken werden gebruikt, werden koeien getekend en op die manier geregistreerd. Ga naar buiten en ontdek dat iedere koe een uniek vlekkenpatroon heeft. Kun je dit natekenen?
Mees is vaak een beetje bang. Bang voor de blaffende hond in zijn straat, bang voor de gekleurde strepen die in het donker door zijn raam naar binnen schijnen (een vliegende schotel met marsmannetjes?) en bang voor de geluiden onder zijn bed (een krokodil?). Gelukkig weet opa precies wat Mees nodig heeft: een Moedhoed!
De Moedhoed is een herkenbaar verhaal voor alle kinderen die soms een beetje bang zijn. Kun jij ook weleens wat extra moed gebruiken?
Dit prentenboek is heel geschikt om te gebruiken in groep 1,2 en 3,4. Op een heel mooie manier worden de dingen waar Mees bang voor is met behulp van de Moedhoed ‘verklaart’ aan de kinderen dat deze dingen vaak anders zijn dan je denkt. Met nog een hele leuke grap aan het eind van het verhaal! De mooie illustraties zijn van Mark Janssen.
Lessuggestie:
Met achterin dit boek een schema om je eigen Moedhoed te vouwen kan het natuurlijk niet anders dan dat de leerlingen na het (voor)lezen van het boek zelf aan de slag gaan met een Moedhoed. Met een paar oude kranten en dingen om de hoed mee te versieren wordt het vast een prachtige klas vol met Moedhoeden!
Tienduizend spijkers en een slinger – Piet van der Waal & Marijke Meersman
Het oudste nog werkende planetarium ter wereld! Daar wil je naar toe!
Trijntje woont in het weeshuis en gaat naar school. Maar dan vindt het bestuur van het weeshuis dat kinderen vanaf 10 jaar moeten gaan werken. Trijntje komt door haar vriendschap met Tjerd als dienstmeisje in het huis van meesterwolkammer Eise Eisinga te werken. Ze moet erg wennen aan de nieuwe situatie, maar vindt het erg leuk bij Eise Eisinga. Hij weet alles van sterren en planeten. Trijntje krijgt er geen genoeg van als meneer Eisinga daarover vertelt. Maar dan voorspelt Dominee Alta uit Boazum dat de maan en de planeten gaan botsen en dat de wereld zal vergaan. Al gauw is de hele stad in paniek. Eise besluit zijn planetarium te gaan bouwen.
Tienduizend spijkers en een slinger is een leesboek uit de serie Terugblikken. De serie bestaat uit 50 leesboeken die elk gaan over één van de vijftig vensters van de geschiedeniscanon van Nederland. Elk boek geeft een goed beeld van de inhoud van het betreffende venster. In dit boek Eise Eisinga, speelt in Franeker, rond 1774. Het tijdperk van de pruiken en revoluties 1700- 1800. Leeftijd vanaf ongeveer 8 jaar.
Lessuggesties:
Laat de kinderen in de klas eens in de conjunctie gaan staan, om zo te ervaren dat de zon en de planeten niet kunnen gaan botsen. Dit kan bijvoorbeeld ook tijdens de gymlessen;
Maak met de klas een uitstapje naar het Eise Eisinga Planetarium te Franeker om het verhaal echt te beleven;
Nora is uitvinder. Op een nacht hoort Nora haar nieuwe buurjongen Sep zijn spreekbeurt oefenen, daarna volgt een klap. Nora gaat op onderzoek uit en ontdekt een luik naar Seps kamer. Sep blijkt heel veel over de sterren te weten. Binnenkort moet hij een spreekbeurt houden, maar hij durft niet. Zou Nora iets kunnen uitvinden om Sep te helpen? Een fijn, gedegen verhaal over een eigenwijs, creatief meisje en een slimme, verlegen jongen die hun krachten bundelen.
De auteur (1981) weet precies de goede toon en de juiste woorden te vinden. Hierdoor slaagt ze erin met een eenvoudige, vrij korte tekst en begrijpelijke woorden een spannend, goed opgebouwd verhaal neer te zetten. Het verhaal is royaal geïllustreerd met leuke, ondeugende illustraties.
Dit is een boek uit de leren-lezen serie “Tijgerlezen”, die niet met AVI-niveaus werkt, maar bestaat uit spannende, grappige, rijkelijk geïllustreerde boeken waaruit kinderen zelf een keuze kunnen maken. het werk van de auteur viel al vele malen in de prijzen. ook dit boek getuigt van haar kundigheid. Vanaf ca. 7 jaar. (Bron: aanschafinformatie catalogus)
Lessuggesties:
Luistervaardigheid en spreekvaardigheid.
Hou een kringgesprek in de klas . Kies één of meer van onderstaande onderwerpen om te bespreken.
Lees het hoofdstuk “Nu echt, mijn nieuwe buurjongen” (bladzijde 11 t/m 16) voor.Wat denken de kinderen? Is Nora blij met haar nieuwe buurjongen? Hoe weten ze dat? Hebben de leerlingen zelf ook wel eens nieuwe buren gekregen? Of zijn ze wel eens verhuisd? Hoe was dat? Wat was er leuk aan en wat minder leuk?
Lees het hoofdstuk “een vampier” (bladzijde 26 t/m 30) voor. Wat spannend! Of toch niet? Zijn de kinderen wel eens in een spookhuis geweest? Wat is voor hen een spookhuis? Wanneer is het eng of spannend in een huis? Houden ze van spannend, of toch liever niet?
Bekijk de tekeningen. Wat vinden de kinderen van de tekeningen? Zijn het spannende tekeningen? Wat vinden ze er goed aan en wat minder goed? Praat over de techniek.
Sep vindt spreekbeurten eng. Want er gaat wel eens iets mis. Hoe gaan de leerlingen met spreekbeurten om? Wanneer vinden zij het moeilijk om een spreekbeurt te houden? En wanneer juist helemaal niet? Wat doen ze als ze zenuwachtig zijn?
Waar zijn de sterren overdag? Hoe dood je de tijd? Kun je langzamer zijn dan de tijd? Kun je op de maan ook zonnen? Sommige vragen vragen om antwoorden, of om versjes…
De informatieve titel nodigt direct uit tot het openen van dit boek met 36 vragen.
Vragen of versjes?
Wie heeft zich als kind niet afgevraagd of de aarde plat is? Waar blijven de sterren als de zon schijnt? Of als je het versje van de kip en het ei hoorde, wat was er dan het eerst? Wie nu denkt dat dit een gewoon weetjesboek is, wordt aangenaam verrast. Dit is een boek met ‘vragen die om versjes vragen’ en hierin worden veelal wetenschappelijke en filosofische vragen gesteld waarop in versvorm wordt geantwoord. Poëzie die weer vragen kunnen oproepen en die zijn voorzien van originele, bijpassende illustraties door Sylvia Weve.
Een gedichtenbundel om eindeloos opnieuw in te verdwalen.
‘Ik?’ zei de kip. ‘Ja jij,’ zei het ei. ‘Je zat in een ei, maar je zat niet in mij.’ ‘Wat sip,’ zei de kip. ‘Dus jouw ei,’ zei het ei, ‘moet er eerder geweest zijn dan wij allebei.’ ‘Dan wie?’ zei de kip. ‘Dan wij,’ zei het ei. ‘Jij had nooit een kip kunnen zijn zonder mij.’ (fragment)
lessuggesties
Dit boek kan zeer goed ingezet worden als inleiding voor een les natuur, geschiedenis, taal, filosofie of rekenen.
Veel gedichten uit deze bundel zijn heel mooie uitgangspunten voor een gesprek of les over een interessant onderwerp. Fantastische ‘pakkende binnenkomers’ voor projectlessen!
Neem de vraag als uitgangspunt voor je les, lees het gedichtje voor en praat erover met je leerlingen.
Vervolgens kun je overstappen op de lesstof die je wilt overbrengen.
Melle ziet op een nacht een wezentje op de rand van zijn bed zitten. Het lijkt op een knotje wol. Het blijkt een Gorgel te zijn. Hij heet Boba. Gorgels beschermen kinderen van september t/m april, als de R in de maand is. Dat is nodig vanwege de smerig stinkende, griezelige Groenlandse Brutelaars die kinderen ziek maken. Als Melle dit op school vertelt, wordt hij uitgelachen en bespot. De vader van Melle werkt als bioloog bij Naturalis, ‘de dode dierentuin’. Hij bestudeert al heel lang de Gorgels en hij dacht dat de Brutelaars uitgestorven waren. Melle zal proberen met ware heldenmoed de Brutelaars te verslaan. De kennis van zijn vader en de samenwerking met Boba en zijn soortgenoten moeten hem daarbij helpen. Maar de overwinning is allerminst zeker.
Voorlezen vanaf ca. 6 jaar, zelf lezen vanaf ca. 8 jaar.
Het eerste kinderboek van de bekende cabaretier Jochem Myjer.
Een spannend en humoristisch boek.
Een deel van de tekst staat in de vaak paginagrote illustraties van Rick de Haas, bekend van Mees Kees.
Meteen na het drinken van zijn eerste slok chocoladedrank is Hendrik verslaafd. En hij is nieuwsgierig naar waar dat heerlijke cacaopoeder vandaan komt. In 1839 reist hij samen met zijn zus Aagje stiekem mee aan boord van het schip waarmee Ouwe Teeuwis potas naar Van Houten Cacao in Amsterdam brengt. Potas die door hun vader in hun molen aan de Zaan gemalen wordt. In Amsterdam ontdekken ze het geheim van de chocolademaker. Aagje schrijft in 1856 het verhaal van Hendrik en hun familie op voor haar broertje Pieter Hendrik. (Bron: aanschafinformatie catalogus)
Boeiend verhaal uit de succesvolle “Geheim’-reeks, dat de geschiedenis tot leven brengt voor kinderen vanaf ca. 8 jaar.
De meeste personages in dit boek hebben echt bestaan. Het verhaal speelt in de tijd van kinderarbeid, armoede en de opkomst van de stoommachines.
Zarja is opgevoed door een uil, maar die is al drie dagen niet komen opdagen. Dan krijgt ze een droom met daarin een toren waar hoog bovenin een vuur brandde, een drijvende boot, een vreemde dwerg, een gezicht in de golven en een huilende hond.
Ze besluit de uil te gaan zoeken op het geheimzinnige eiland Orplid, waar ze nooit voet aan land mocht zetten. De veerman raadt het haar af, maar als ze toch doorzet, zegt hij dat ze het Kwelderpad moet nemen en dan het Jacobspad naar de toren. En langzamerhand komt ze achter het verhaal van haar vader en moeder en de doem van het eiland. Zal ze de betovering van de Elfenkoning kunnen doorbreken?
Een dichterlijk sprookje van zangeres Christianne Stotijn (die in 2008 de hoogste muziekprijs van Nederland won), met prachtige gekleurde illustraties in gemengde techniek van Sieb Posthuma. Het boek is de neerslag van een theatervoorstelling uit 2014. Prima te gebruiken in een sprookjesproject. Een korte impressie van dit theaterstuk vind je op Youtube onder de titel: de uilenpriesteres van Orplid.
Lessuggestie
Jij hebt vast ook wel dingen die je beslist niet mag doen. Welke zijn dat? Wat gebeurt er als je dat toch doet? Bedenk zelf ook een straf.
Ben jij je huisdier wel eens kwijt geweest? Wat heb je toen gedaan?
Deze website maakt gebruik van gegevensverzameling voor het gebruik van websitestatistieken. In het kader van de AVG (Algemene Verordening Gegevensbescherming) willen we de gebruiker de keuze geven om dit Toe te staan of te Weigeren.
